search


keyboard_tab Data Act 2023/2854 NL

BG CS DA DE EL EN ES ET FI FR GA HR HU IT LV LT MT NL PL PT RO SK SL SV print pdf

2023/2854 NL cercato: 'punt ' . Output generated live by software developed by IusOnDemand srl


expand index punt :


whereas punt :


definitions:


cloud tag: and the number of total unique words without stopwords is: 1146

 

Artikel 2

Definities

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

1)

“gegevens”: elke digitale weergave van handelingen, feiten of informatie en elke compilatie van dergelijke handelingen, feiten of informatie, ook in de vorm van geluids-, visuele of audiovisuele opnames;

2)

“metagegevens”: een gestructureerde beschrijving van de inhoud of het gebruik van gegevens die het vinden en gebruiken van die gegevens vergemakkelijkt;

3)

“persoonsgegevens”: persoonsgegevens zoals gedefinieerd in artikel 4, punt 1, van Verordening (EU) 2016/679;

4)

“niet-persoonsgebonden gegevens”: andere gegevens dan persoonsgegevens;

5)

“verbonden product”: een goed dat gegevens over het gebruik of de omgeving ervan verkrijgt, genereert of verzamelt, en dat productgegevens kan doorgeven via een elektronische-communicatiedienst, fysieke verbinding of apparaattoegang, en waarvan de hoofdfunctie niet het opslaan, verwerken of doorgeven van gegevens namens anderen dan de gebruiker is;

6)

“gerelateerde dienst”: een andere digitale dienst dan een elektronische-communicatiedienst, waaronder software, die op het moment van aankoop, huur of lease zodanig met het product verbonden is dat de afwezigheid ervan het verbonden product zou beletten een of meer van zijn functies uit te voeren, of die vervolgens door de fabrikant of een derde met het product wordt verbonden om functies aan het product toe te voegen, of de functies van het verbonden product te updaten of aan te passen;

7)

“verwerking”: een bewerking of een geheel van bewerkingen die al dan niet op geautomatiseerde wijze op gegevens of datasets worden uitgevoerd, zoals het verzamelen, vastleggen, ordenen, structureren, opslaan, bijwerken of wijzigen, opvragen, raadplegen, gebruiken, bekendmaken door middel van doorgeven, verspreiden of anderszins ter beschikking stellen, op een lijn brengen of combineren, afschermen, wissen of vernietigen van gegevens;

8)

“dataverwerkingsdienst”: een digitale aan een klant aangeboden dienst die alomtegenwoordige en on-demand netwerktoegang mogelijk maakt tot een gedeelde pool van configureerbare, schaalbare en elastische computercapaciteit van gecentraliseerde, gedistribueerde of sterk gedistribueerde aard, die snel ter beschikking kan worden gesteld en worden vrijgegeven met minimale beheersinspanningen of tussenkomst van een dienstverlener;

9)

“dienst van hetzelfde type”: een reeks dataverwerkingsdiensten met dezelfde primaire doelstelling, hetzelfde dataverwerkingsdienstenmodel en dezelfde voornaamste functionaliteiten;

10)

“databemiddelingsdienst”: databemiddelingsdienst zoals gedefinieerd in artikel 2, punt 11, van Verordening (EU) 2022/868;

11)

“datasubject”: betrokkene zoals bedoeld in artikel 4, punt 1, van Verordening (EU) 2016/679;

12)

“gebruiker”: een natuurlijke of rechtspersoon die een verbonden product in eigendom heeft, of aan wie contractueel tijdelijke rechten zijn overgedragen om dat verbonden product te gebruiken, of die gerelateerde diensten ontvangt;

13)

“gegevenshouder”: een natuurlijke of rechtspersoon die overeenkomstig deze verordening, het toepasselijke Unierecht of het overeenkomstig het Unierecht vastgestelde nationale recht, het recht of de verplichting heeft gegevens te gebruiken en ter beschikking te stellen, waaronder — in gevallen waar dat contractueel is overeengekomen — productgegevens of gegevens van een gerelateerde dienst die deze natuurlijke of rechtspersoon heeft opgevraagd of gegenereerd tijdens de verlening van een gerelateerde dienst;

14)

“gegevensontvanger”: een natuurlijke of rechtspersoon die handelt voor doeleinden die verband houden met diens handels-, bedrijfs-, ambachts- of beroepsactiviteit, die niet de gebruiker van een verbonden product of gerelateerde dienst is en aan wie gegevens beschikbaar worden gesteld door de gegevenshouder, met inbegrip van een derde op verzoek van de gebruiker aan de gegevenshouder of in overeenstemming met een wettelijke verplichting uit hoofde van Unierecht of overeenkomstig het Unierecht vastgestelde nationale wetgeving;

15)

“productgegevens”: door het gebruik van een verbonden product gegenereerde gegevens die door de fabrikant zo ontworpen zijn dat ze kunnen worden opgevraagd via een elektronische-communicatiedienst, fysieke verbinding of apparaattoegang, door een gebruiker, gegevenshouder of derde, waaronder waar nodig, de fabrikant;

16)

“gegevens van een gerelateerde dienst”: gegevens die de digitalisering vertegenwoordigen van handelingen van de gebruiker of van gebeurtenissen die gerelateerd zijn aan het verbonden product, die intentioneel door de gebruiker zijn geregistreerd of als een bijproduct van de handeling van de gebruiker zijn gegenereerd tijdens het verlenen van een gerelateerde dienst door de aanbieder;

17)

“eenvoudig beschikbare gegevens”: productgegevens en gegevens van een gerelateerde dienst die een gegevenshouder rechtmatig verkrijgt of rechtmatig kan verkrijgen van het verbonden product of de gerelateerde dienst, zonder daarvoor een onevenredig grote inspanning te moeten leveren die verder zou gaan dan een eenvoudige handeling;

18)

“bedrijfsgeheim”: bedrijfsgeheim zoals gedefinieerd in artikel 2, punt 1, van Richtlijn (EU) 2016/943;

19)

“houder van het bedrijfsgeheim”: houder van het bedrijfsgeheim zoals gedefinieerd in artikel 2, punt 2, van Richtlijn (EU) 2016/943;

20)

“profilering”: profilering zoals gedefinieerd in artikel 4, punt 4, van Verordening (EU) 2016/679;

21)

“op de markt aanbieden”: het in het kader van een handelsactiviteit, al dan niet tegen betaling, verstrekken van een verbonden product met het oog op distributie, consumptie of gebruik op de markt van de Unie;

22)

“in de handel brengen”: het voor het eerst in de Unie op de markt aanbieden van een verbonden product;

23)

“consument”: een natuurlijke persoon die handelt met doeleinden die geen verband houden met de handels-, bedrijfs-, ambachts- of beroepsactiviteit van die persoon;

24)

“onderneming”: een natuurlijke of rechtspersoon die handelt volgens onder deze verordening vallende overeenkomsten en praktijken, met doeleinden die gerelateerd zijn aan diens handels-, bedrijfs-, ambachts- of beroepsactiviteit;

25)

“kleine onderneming”: een kleine onderneming zoals gedefinieerd in artikel 2, lid 2, van de bijlage bij Aanbeveling 2003/361/EG;

26)

“micro-onderneming”: een micro-onderneming zoals gedefinieerd in artikel 2, lid 3, van de bijlage bij Aanbeveling 2003/361/EG;

27)

“organen van de Unie”: instellingen, organen en instanties van de Unie die zijn opgericht bij of op grond van handelingen die zijn vastgesteld op basis van het Verdrag betreffende de Europese Unie, het VWEU of het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie;

28)

“overheidsinstantie”: nationale, regionale en lokale autoriteiten van de lidstaten, publiekrechtelijke instellingen van de lidstaten of samenwerkingsverbanden bestaande uit één of meer van dergelijke autoriteiten of één of meer van dergelijke instellingen;

29)

“algemene noodsituatie”: een in de tijd beperkte uitzonderlijke situatie, zoals een noodsituatie op het gebied van de volksgezondheid, een noodsituatie die voortvloeit uit natuurrampen, of een door de mens veroorzaakte grote ramp, met inbegrip van een groot cyberveiligheidsincident, dat negatieve gevolgen heeft voor de bevolking van de Unie, van een lidstaat of van een deel daarvan, met een risico op ernstige en blijvende gevolgen voor de levensomstandigheden of de economische stabiliteit, de financiële stabiliteit of een aanzienlijke en onmiddellijke verslechtering van de economische activa in de Unie of in de betrokken lidstaat, en die wordt vastgesteld of officieel wordt afgekondigd overeenkomstig de relevante Unie- of nationaalrechtelijke procedures;

30)

“klant”: een natuurlijke of rechtspersoon die een contractuele relatie is aangegaan met een aanbieder van dataverwerkingsdiensten, met als doel gebruik te maken van een of meer dataverwerkingsdiensten;

31)

“virtuele assistenten”: software die opdrachten, taken of vragen kan verwerken, onder meer op basis van audio, schriftelijke input, gebaren of bewegingen, en die, op basis van die opdrachten, taken of vragen toegang biedt tot andere diensten of de functies van verbonden producten bestuurt;

32)

“digitale activa”: elementen in digitale vorm, inclusief toepassingen, waarvoor de klant het gebruiksrecht heeft, onafhankelijk van de contractuele relatie met de dataverwerkingsdienst die hij voornemens is te verlaten om over te stappen;

33)

“on-premises ICT-infrastructuur”: ICT-infrastructuur en computermiddelen die eigendom zijn van of worden gehuurd of geleased door de klant en zich in het datacentrum van de klant zelf bevinden en door de klant of een derde worden geëxploiteerd;

34)

“overstappen”: het proces waarbij een oorspronkelijke aanbieder van dataverwerkingsdiensten, een klant van een dataverwerkingsdienst en, waar van toepassing, een bestemmingsaanbieder van dataverwerkingsdiensten zijn betrokken, waarbij de klant van een dataverwerkingsdienst van dataverwerkingsdienst verandert en een andere dataverwerkingsdienst van hetzelfde type of een andere dienst begint te gebruiken, die wordt aangeboden door een andere aanbieder van dataverwerkingsdiensten, of een on-premises ICT-infrastructuur begint te gebruiken, onder meer door het extraheren, transformeren en uploaden van de gegevens;

35)

“gegevensextractiekosten”: gegevensoverdrachttarieven die in rekening worden gebracht aan klanten om via het netwerk hun gegevens uit de ICT-infrastructuur van een aanbieder van dataverwerkingsdiensten te extraheren naar de systemen van een andere aanbieder of naar een on-premises ICT-infrastructuur;

36)

“overstapkosten”: andere kosten dan de standaardvergoedingen voor dienstverlening of boetes voor voortijdige beëindiging, opgelegd door een aanbieder van dataverwerkingsdiensten aan een klant voor de bij deze verordening voorgeschreven acties betreffende het overstappen naar het systeem van een andere aanbieder of naar een on-premises ICT-infrastructuur, met inbegrip van gegevensextractiekosten;

37)

“functionele gelijkwaardigheid”: op basis van de exporteerbare data en digitale activa van de klant een minimumniveau van functionaliteit herstellen in de omgeving van een nieuwe dataverwerkingsdienst van hetzelfde type na het overstapproces, waarbij de nieuwe dataverwerkingsdienst een materieel vergelijkbaar resultaat oplevert met gebruikmaking van dezelfde input voor gedeelde kenmerken die in het kader van de overeenkomst aan de klant wordt geleverd;

38)

“exporteerbare data”, voor de toepassing van de artikelen 23 tot en met 31 en artikel 35: de input- en outputgegevens, met inbegrip van metagegevens, die direct of indirect worden gegenereerd, of worden medegegenereerd, door het gebruik door de klant van de dataverwerkingsdienst, met uitzondering van activa of gegevens die beschermd zijn door intellectuele-eigendomsrechten of die een bedrijfsgeheim vormen, van aanbieders van dataverwerkingsdiensten of derden;

39)

“slim contract”: een computerprogramma dat wordt gebruikt voor de geautomatiseerde uitvoering van een overeenkomst of een deel daarvan, waarbij gebruik wordt gemaakt van een opeenvolging van elektronische databestanden en waarbij de integriteit daarvan en de nauwkeurigheid van hun chronologische volgorde worden gewaarborgd;

40)

“interoperabiliteit”: het vermogen van twee of meer dataruimten of communicatienetwerken, systemen, verbonden producten, toepassingen, dataverwerkingsdiensten of componenten om gegevens uit te wisselen en te gebruiken teneinde hun functies te vervullen;

41)

“open interoperabiliteitsspecificatie”: een technische specificatie op het gebied van informatie- en communicatietechnologie, die prestatiegericht is op het bereiken van interoperabiliteit tussen dataverwerkingsdiensten;

42)

“gemeenschappelijke specificaties”: een document dat geen norm is en dat technische oplossingen bevat om te voldoen aan bepaalde voorschriften en verplichtingen zoals vastgelegd uit hoofde van deze verordening;

43)

“geharmoniseerde norm”: geharmoniseerde norm zoals gedefinieerd in artikel 2, punt 1, c), van Verordening (EU) nr. 1025/2012.

HOOFDSTUK II

DELEN VAN GEGEVENS TUSSEN BEDRIJVEN EN CONSUMENTEN EN TUSSEN BEDRIJVEN ONDERLING

Artikel 9

Vergoeding voor het beschikbaar stellen van gegevens

1.   Vergoedingen die tussen een gegevenshouder en een gegevensontvanger zijn overeengekomen voor het beschikbaar stellen van gegevens in relaties tussen ondernemingen, zijn niet-discriminerend en redelijk en kunnen een marge omvatten.

2.   Bij het overeenkomen van vergoedingen, houden de gegevenshouder en de gegevensontvanger met name rekening met:

a)

kosten voor het beschikbaar stellen van gegevens, waaronder, met name, de kosten die nodig zijn voor de formattering van gegevens, elektronische verspreiding en opslag;

b)

investeringen in het verzamelen en produceren van gegevens, indien van toepassing, rekening houdend met de vraag of andere partijen hebben bijgedragen tot het verkrijgen, genereren of verzamelen van de betrokken gegevens.

3.   De in lid 1 bedoelde vergoeding kan ook afhangen van de omvang, het formaat en de aard van de gegevens.

4.   Wanneer de gegevensontvanger een kmo zoals gedefinieerd of een onderzoeksorganisatie zonder winstoogmerk is, en indien die gegevensontvanger geen partnerondernemingen of verbonden ondernemingen zoals gedefinieerd heeft die niet als kmo’s kunnen worden aangemerkt, mag de overeengekomen vergoeding niet hoger zijn dan de in lid 2, punt a), bedoelde kosten.

5.   De Commissie stelt richtsnoeren vast voor de berekening van een redelijke vergoeding, rekening houdend met het in artikel 42 bedoelde advies van het Europees Comité voor gegevensinnovatie.

6.   Dit artikel belet niet dat ander Unierecht of overeenkomstig het Unierecht vastgestelde nationale wetgeving, een vergoeding voor het beschikbaar stellen van gegevens uitsluit of voorziet in een lagere vergoeding.

7.   De gegevenshouder verstrekt de gegevensontvanger voldoende gedetailleerde informatie over de grondslag voor de berekening van de vergoeding, zodat de gegevensontvanger kan beoordelen of aan de vereisten van lid 1 tot en met 4 is voldaan.

Artikel 15

Uitzonderlijke noodzaak om gegevens te gebruiken

1.   Een uitzonderlijke noodzaak om bepaalde gegevens te gebruiken in de zin van dit hoofdstuk is in tijd en reikwijdte beperkt en wordt geacht uitsluitend te bestaan in een of meer van de volgende omstandigheden:

a)

indien de gevraagde gegevens noodzakelijk zijn om te reageren op een algemene noodsituatie en de overheidsinstantie, de Commissie, de Europese Centrale Bank of het orgaan van de Unie niet in staat is dergelijke gegevens tijdig en doeltreffend op een andere manier en in gelijkwaardige omstandigheden te verkrijgen;

b)

in niet onder punt a) vallende omstandigheden en uitsluitend voor niet-persoonsgebonden gegevens, indien:

i)

een overheidsinstantie, de Commissie, de Europese Centrale Bank of een orgaan van de Unie handelt op grond van het Unie- of nationale recht en specifieke gegevens heeft geïdentificeerd waarvan het ontbreken haar/het ervan weerhoudt een bij wet opgelegde specifieke taak van algemeen belang te vervullen, zoals het opstellen van officiële statistieken of beperking van of herstel na een algemene noodsituatie, en

ii)

de overheidsinstantie, de Commissie, de Europese Centrale Bank of het orgaan van de Unie alle andere middelen waarover zij/het beschikt om dergelijke gegevens te verkrijgen heeft uitgeput, met inbegrip van de aankoop van de gegevens op de markt door markttarieven aan te bieden of door gebruik te maken van bestaande verplichtingen om gegevens beschikbaar te stellen of de vaststelling van nieuwe wetgevingsmaatregelen die de tijdige beschikbaarheid van de gegevens kunnen waarborgen.

2.   Lid 1, punt b), is niet van toepassing op micro-ondernemingen en kleine ondernemingen.

3.   De verplichting om aan te tonen dat de overheidsinstantie, de Commissie, de Europese Centrale Bank of het orgaan van de Unie niet in staat was niet-persoonsgebonden gegevens te verkrijgen door die op de markt aan te kopen, is niet van toepassing indien de specifieke taak van algemeen belang het opstellen van officiële statistieken betreft en de tot het verkrijgen van dergelijke gegevens strekkende aankoop nationaalrechtelijk niet is toegestaan.

Artikel 17

Verzoeken om gegevens beschikbaar te stellen

1.   Wanneer overheidsinstanties, de Commissie, de Europese Centrale Bank of een orgaan van de Unie om gegevens overeenkomstig artikel 14, verzoeken:

a)

specificeren zij de vereiste gegevens, met inbegrip van de relevante metagegevens die nodig zijn om die gegevens te interpreteren en te gebruiken;

b)

tonen zij aan dat wordt voldaan aan de noodzakelijke voorwaarden voor het bestaan van een uitzonderlijke noodzaak als bedoeld in artikel 15, op grond waarvan om de gegevens wordt verzocht;

c)

geven zij een toelichting op het doel van het verzoek, het beoogde gebruik van de gevraagde gegevens, ook indien een derde in voorkomend geval overeenkomstig lid 4 van dit artikel daarom heeft verzocht, de duur van dat gebruik en, in voorkomend geval, de wijze waarop de verwerking van persoonsgegevens tegemoetkomt aan de uitzonderlijke noodzaak;

d)

geven zij indien mogelijk aan wanneer de gegevens naar verwachting zullen worden gewist door alle partijen die er toegang toe hebben;

e)

onderbouwen zij de keuze van de gegevenshouder tot wie het verzoek zich richt;

f)

vermelden zij de andere overheidsinstanties of de Commissie, de Europese Centrale Bank of organen van de Unie en de derden waarmee de verkregen gegevens naar verwachting zullen worden gedeeld;

g)

indien om persoonsgegevens wordt verzocht, specificeren zij welke technische en organisatorische maatregelen nodig en evenredig zijn om de gegevensbeschermingsbeginselen en de nodige waarborgen toe te passen, zoals pseudonimisering, en of de gegevenshouder anonimisering kan toepassen voordat hij de gegevens beschikbaar stelt;

h)

vermelden zij de wettelijke bepaling waarbij aan de verzoekende overheidsinstantie, de Commissie, de Europese Centrale Bank of het orgaan van de Unie de specifieke taak van algemeen belang wordt toegewezen waarvoor de gegevens wordt gevraagd;

i)

specificeren zij de termijn waarbinnen de gegevens beschikbaar moeten worden gesteld en de in artikel 18, lid 2, bedoelde termijn waarbinnen de gegevenshouder het verzoek kan afwijzen of om wijziging ervan kan verzoeken;

j)

stellen zij alles in het werk om te voorkomen dat een verzoek om gegevens wordt ingewilligd als dat zou leiden tot aansprakelijkheid van de gegevenshouders voor inbreuken op het Unierecht of nationale recht.

2.   Een verzoek om gegevens op grond van lid 1 van dit artikel:

a)

wordt schriftelijk ingediend en uitgedrukt in duidelijke, beknopte en eenvoudige taal die voor de gegevenshouder begrijpelijk is;

b)

vermeldt specifiek om welk soort gegevens het gaat en komt overeen met de gegevens waarover de gegevenshouder ten tijde van het verzoek de controle heeft;

c)

staat in verhouding tot de uitzonderlijke noodzaak en is naar behoren gemotiveerd, wat betreft de mate van detail en het volume van de gevraagde gegevens en de frequentie van de toegang tot de gevraagde gegevens;

d)

eerbiedigt de legitieme doelstellingen van de gegevenshouder en zorgt voor de bescherming van bedrijfsgeheimen overeenkomstig artikel 19, lid 3, en de kosten en inspanningen die nodig zijn om de gegevens beschikbaar te stellen;

e)

heeft betrekking op niet-persoonsgebonden gegevens, en alleen als wordt aangetoond dat dit ontoereikend is om te voldoen aan de uitzonderlijke noodzaak om gegevens te gebruiken, overeenkomstig artikel 15, lid 1, punt a), behelst het persoonsgegevens in gepseudonimiseerde vorm en stelt het de technische en organisatorische maatregelen vast die moeten worden genomen om de gegevens te beschermen;

f)

stelt de gegevenshouder in kennis van de sancties die overeenkomstig artikel 40 door de in artikel 37 aangewezen bevoegde autoriteit moeten worden opgelegd in geval van niet-naleving van het verzoek;

g)

wordt, indien het verzoek door een overheidsinstantie wordt ingediend, toegezonden aan de in artikel 37 bedoelde gegevenscoördinator van de lidstaat waar de verzoekende overheidsinstantie is gevestigd, die het verzoek onverwijld online beschikbaar stelt, tenzij de datacoördinator van oordeel is dat een dergelijke publicatie een risico voor de openbare veiligheid zou opleveren;

h)

wordt, wanneer het verzoek door de Commissie, de Europese Centrale Bank of een orgaan van de Unie wordt gedaan, onverwijld online beschikbaar gesteld;

i)

wordt, indien om persoonsgegevens wordt verzocht, onverwijld gemeld bij de toezichthoudende autoriteit die verantwoordelijk is voor het toezicht op de toepassing van Verordening (EU) 2016/679 in de lidstaat waar de overheidsinstantie is gevestigd.

De Europese Centrale Bank en de organen van de Unie stellen de Commissie in kennis van hun verzoeken.

3.   Een overheidsinstantie, de Commissie, de Europese Centrale Bank of een orgaan van de Unie stelt de op grond van dit hoofdstuk verkregen gegevens niet beschikbaar voor hergebruik zoals gedefinieerd in artikel 2, punt 2, van Verordening (EU) 2022/868 of artikel 2, punt 11, van Richtlijn (EU) 2019/1024. Verordening (EU) 2022/868 en Richtlijn (EU) 2019/1024 zijn niet van toepassing op de gegevens die overheidsinstanties op grond van dit hoofdstuk hebben verkregen.

4.   Lid 3 van dit artikel belet een overheidsinstantie, de Commissie, de Europese Centrale Bank of een orgaan van de Unie niet om op grond van dit hoofdstuk verkregen gegevens uit te wisselen met een andere overheidsinstantie, de Commissie, de Europese Centrale Bank of een orgaan van de Unie met het oog op de vervulling van de taken zoals bedoeld in artikel 15, zoals vermeld in het verzoek overeenkomstig lid 1, punt f), van dit artikel, of om de gegevens beschikbaar te stellen aan een derde in gevallen waarin door middel van een openbaar beschikbare overeenkomst technische inspecties of andere taken aan die derde zijn gedelegeerd. De verplichtingen van overheidsinstanties overeenkomstig artikel 19, met name waarborgen ter bescherming van de vertrouwelijkheid van bedrijfsgeheimen, gelden ook voor dergelijke derden. Wanneer overheidsinstanties, de Commissie, de Europese Centrale Bank of organen van de Unie gegevens uit hoofde van dit lid doorgeven of beschikbaar stellen, stellen zij de gegevenshouder van wie de gegevens zijn ontvangen onverwijld daarvan in kennis.

5.   Indien de gegevenshouder van mening is dat zijn rechten uit hoofde van dit hoofdstuk zijn geschonden door het doorgeven of het beschikbaar stellen van gegevens, kan hij een klacht indienen bij de op grond van artikel 37 aangewezen bevoegde autoriteit van de lidstaat waar de gegevenshouder is gevestigd.

6.   De Commissie ontwikkelt een modelformulier voor verzoeken overeenkomstig dit artikel.

Artikel 18

Naleving van verzoeken om gegevens

1.   Een gegevenshouder die een verzoek ontvangt om gegevens beschikbaar te stellen uit hoofde van dit hoofdstuk, stelt de gegevens onverwijld ter beschikking van de verzoekende overheidsinstantie, de Commissie, de Europese Centrale Bank of een orgaan van de Unie, rekening houdend met de benodigde technische, organisatorische en juridische maatregelen.

2.   Onverminderd specifieke behoeften in verband met de beschikbaarheid van gegevens zoals omschreven in het Unie- of nationale recht, kan een gegevenshouder het verzoek afwijzen of verzoeken om wijziging van een verzoek om gegevens beschikbaar te stellen uit hoofde van dit hoofdstuk, onverwijld en in elk geval binnen vijf werkdagen na ontvangst van een verzoek om de gegevens die noodzakelijk zijn om te reageren op een algemene noodsituatie en onverwijld en in elk geval binnen 30 werkdagen na ontvangst van een dergelijk verzoek in andere gevallen van uitzonderlijke noodzaak, om de volgende redenen:

a)

de gegevenshouder heeft geen controle over de gevraagde gegevens;

b)

er is eerder een soortgelijk verzoek met hetzelfde doel ingediend door een andere overheidsinstantie, de Commissie, de Europese Centrale Bank of een orgaan van de Unie, en de gegevenshouder is niet in kennis gesteld van de wissing van de gegevens overeenkomstig artikel 19, lid 1, punt c);

c)

het verzoek voldoet niet aan de voorwaarden van artikel 17, leden 1 en 2.

3.   Indien de gegevenshouder besluit het verzoek af te wijzen of te verzoeken het te wijzigen overeenkomstig lid 2, punt b), vermeldt hij de identiteit van de overheidsinstantie of de Commissie, de Europese Centrale Bank of het orgaan van de Unie waardoor eerder een verzoek met hetzelfde doel is ingediend.

4.   Indien de gegevens persoonsgegevens bevatten, anonimiseert de gegevenshouder de gegevens naar behoren, tenzij er persoonsgegevens moeten worden verstrekt om het verzoek om gegevens van een overheidsinstantie, de Commissie, de Europese Centrale Bank of een orgaan van de Unie in te willigen. In dergelijke gevallen pseudonimiseert de gegevenshouder de gegevens.

5.   Indien de overheidsinstantie, de Commissie, de Europese Centrale Bank of het orgaan van de Unie de weigering van een gegevenshouder om de gevraagde gegevens te verstrekken wenst aan te vechten, of indien de gegevenshouder het verzoek wenst aan te vechten en de zaak niet kan worden opgelost door een gepaste wijziging van het verzoek, wordt de zaak voorgelegd aan de op grond van artikel 37 aangewezen bevoegde autoriteit van de lidstaat waar de gegevenshouder is gevestigd.

Artikel 20

Vergoeding in geval van uitzonderlijke noodzaak

1.   Andere gegevenshouders dan micro-ondernemingen en kleine ondernemingen stellen de gegevens die nodig zijn om te reageren op een algemene noodsituatie overeenkomstig artikel 15, lid 1, punt a), kosteloos beschikbaar. De overheidsinstantie, de Commissie, de Europese Centrale Bank of het orgaan van de Unie die/dat gegevens heeft ontvangen, geeft een openbare bevestiging aan de gegevenshouder indien de gegevenshouder daarom verzoekt.

2.   De gegevenshouder heeft recht op een eerlijke vergoeding voor het beschikbaar stellen van gegevens in naleving van een verzoek overeenkomstig artikel 15, lid 1, punt b). Die vergoeding dekt de technische en organisatorische kosten die zijn gemaakt om aan het verzoek te voldoen, met inbegrip van, in voorkomend geval, de kosten van anonimisering, pseudonimisering, aggregatie en technische aanpassing, en met een redelijke marge. Op verzoek van de overheidsinstantie of de Commissie, de Europese Centrale Bank of het orgaan van de Unie, verstrekt de gegevenshouder informatie over de grondslag voor de berekening van de kosten en de redelijke marge.

3.   Lid 2 is ook van toepassing indien een micro-onderneming en een kleine onderneming zoals gedefinieerd een vergoeding eisen voor het beschikbaar stellen van gegevens.

4.   Gegevenshouders hebben geen recht op vergoeding voor het beschikbaar stellen van gegevens in naleving van een verzoek uit hoofde van artikel 15, lid 1, punt b), indien de specifieke taak van algemeen belang bestaat in het opstellen van officiële statistieken en indien de aankoop van gegevens niet is toegestaan op grond van het nationale recht. De lidstaten stellen de Commissie ervan in kennis indien de aankoop van gegevens voor het opstellen van officiële statistieken op grond van het nationale recht niet is toegestaan.

5.   Indien de overheidsinstantie, de Commissie, de Europese Centrale Bank of het orgaan van de Unie het niet eens is met de hoogte van de door de gegevenshouder gevraagde vergoeding, kan zij/het klacht indienen bij de op grond van artikel 37 aangewezen bevoegde autoriteit van de lidstaat waar de gegevenshouder is gevestigd.

Artikel 21

Delen van in de context van een uitzonderlijke noodzaak verkregen gegevens met onderzoeksorganisaties of statistische instanties

1.   Overheidsinstanties, de Commissie, de Europese Centrale Bank of organen van de Unie mogen uit hoofde van dit hoofdstuk ontvangen gegevens delen:

a)

met personen of organisaties met het oog op het uitvoeren van wetenschappelijk onderzoek of analyses die verenigbaar zijn met het doel waarvoor de gegevens werden gevraagd; of

b)

met nationale bureaus voor de statistiek of Eurostat voor het opstellen van officiële statistieken.

2.   Personen of organisaties die de gegevens overeenkomstig lid 1 ontvangen, handelen zonder winstoogmerk of in het kader van een in het Unie- of nationale recht erkende taak van algemeen belang. Hieronder vallen niet organisaties waarop commerciële ondernemingen een aanzienlijke invloed uitoefenen die waarschijnlijk zal leiden tot preferentiële toegang tot de resultaten van het onderzoek.

3.   Personen of organisaties die de gegevens overeenkomstig lid 1 van dit artikel ontvangen, voldoen aan dezelfde verplichtingen die van toepassing zijn op de overheidsinstanties, de Commissie, de Europese Centrale Bank of de organen van de Unie overeenkomstig artikel 17, lid 3, en artikel 19.

4.   Niettegenstaande artikel 19, lid 1, punt c), mogen personen of organisaties die de gegevens overeenkomstig lid 1 van dit artikel ontvangen, de ontvangen gegevens voor het doel waarvoor de gegevens werden gevraagd, bewaren tot zes maanden na het wissen van de gegevens door de overheidsinstanties, de Commissie, de Europese Centrale Bank en de organen van de Unie.

5.   Indien een overheidsinstantie, de Commissie, de Europese Centrale Bank of een orgaan van de Unie voornemens is gegevens uit hoofde van lid 1 van dit artikel beschikbaar te stellen, stelt zij/het onverwijld de gegevenshouder van wie de gegevens zijn ontvangen daarvan in kennis met vermelding van de identiteit en contactgegevens van de organisatie of de persoon die de gegevens ontvangt, het doel van de doorgifte of beschikbaarstelling van de gegevens, de termijn gedurende welke de gegevens mogen worden gebruikt en de technische bescherming en organisatorische maatregelen die zijn genomen, ook indien het persoonsgegevens of bedrijfsgeheimen betreft. Indien de gegevenshouder het niet eens is met het doorgeven of beschikbaar stellen van gegevens, kan hij een klacht indienen bij de op grond van artikel 37 aangewezen bevoegde autoriteit van de lidstaat waar hij is gevestigd.

Artikel 25

Contractvoorwaarden betreffende een overstap

1.   De rechten van de klant en de verplichtingen van de aanbieder van dataverwerkingsdiensten met betrekking tot het overstappen naar andere aanbieders van dergelijke diensten of, indien van toepassing, naar een on-premises-ICT-infrastructuur worden duidelijk vastgelegd in een schriftelijk contract. De aanbieder van dataverwerkingsdiensten stelt die overeenkomst vóór de ondertekening daarvan ter beschikking van de klant op een manier waardoor deze de overeenkomst kan opslaan en reproduceren.

2.   Onverminderd Richtlijn (EU) 2019/770 bevat het in lid 1 van dit artikel bedoelde contract ten minste het volgende:

a)

bepalingen op grond waarvan de klant, op verzoek, kan overstappen naar een dataverwerkingsdienst die wordt aangeboden door een andere aanbieder van dataverwerkingsdiensten of op grond waarvan de klant alle exporteerbare data, en digitale activa kan overdragen naar een on-premises-ICT-infrastructuur, onverwijld en in geen geval na de verplichte overgangsperiode van maximaal 30 dagen, die aanvangt na de maximale opzegtermijn bedoeld in punt d), waarbinnen de dienstverleningsovereenkomst van toepassing blijft en waarbinnen de aanbieder van dataverwerkingsdiensten:

i)

redelijke bijstand verleent aan de klant en door de klant gemachtigde derden in het overstapproces;

ii)

met de nodige zorgvuldigheid handelt om de bedrijfscontinuïteit in stand te houden en de functies of diensten op grond van de overeenkomst blijft verlenen;

iii)

duidelijke informatie verstrekt over bekende risico’s voor de continuïteit van de verlening van de functies of diensten aan de zijde van de oorspronkelijke aanbieder van de dataverwerkingsdiensten;

iv)

ervoor zorgt dat gedurende het overstapproces een hoog beveiligingsniveau wordt gehandhaafd, met name wat betreft de beveiliging van de gegevens tijdens de doorgifte ervan en de voortdurende beveiliging van gegevens tijdens de in punt g) gespecificeerde opvragingstermijn, in overeenstemming met het toepasselijke Unie- of nationale recht;

b)

een verplichting voor de aanbieder van dataverwerkingsdiensten om ondersteuning te bieden voor de exitstrategie van de klant in het kader van de gecontracteerde diensten, onder meer door alle relevante informatie te verstrekken;

c)

een clausule waarin wordt bepaald dat de overeenkomst wordt geacht te zijn beëindigd en dat de klant in kennis wordt gesteld van de beëindiging, in een van de volgende gevallen:

i)

indien van toepassing, na de succesvolle voltooiing van het overstapproces;

ii)

aan het einde van de in punt d) bedoelde maximale opzegtermijn, indien de klant niet wil overstappen, maar al zijn exporteerbare data en digitale activa na beëindiging van de dienst wil wissen.

d)

een maximale opzegtermijn voor het initiëren van het overstapproces, die niet meer dan twee maanden bedraagt;

e)

een volledige specificatie van alle categorieën gegevens en digitale activa die tijdens het overstapproces kunnen worden overgedragen, waaronder ten minste alle exporteerbare data;

f)

een exhaustieve specificatie van de categorieën gegevens die specifiek zijn voor de interne werking van de dataverwerkingsdiensten van de aanbieder en die geen deel mogen uitmaken van de in punt e) van dit lid bedoelde exporteerbare data wanneer er een risico op schending van bedrijfsgeheimen van de aanbieder bestaat, op voorwaarde dat dergelijke uitzonderingen het in artikel 23 bedoelde overstapproces niet belemmeren of vertragen;

g)

een minimumtermijn voor het opvragen van gegevens van ten minste 30 kalenderdagen, beginnend na de beëindiging van de overgangsperiode die is overeengekomen tussen de klant en de aanbieder van dataverwerkingsdiensten, overeenkomstig punt a), van dit lid en lid 4;

h)

een clausule die garandeert dat alle exporteerbare data en digitale activa die rechtstreeks door de klant worden gegenereerd of die rechtstreeks betrekking hebben op de klant, volledig worden gewist na het verstrijken van de in punt g) bedoelde opvragingstermijn of na het verstrijken van een alternatieve overeengekomen termijn na de datum waarop de in punt g) bedoelde opvragingstermijn verstrijkt, op voorwaarde dat het overstapproces met succes is voltooid;

i)

overstapkosten die door aanbieders van dataverwerkingsdiensten in rekening kunnen worden gebracht overeenkomstig artikel 29.

3.   Het in lid 1 bedoelde contract bevat bedingen op grond waarvan de klant de aanbieder van dataverwerkingsdiensten bij de beëindiging van de in lid 2, punt d), bedoelde maximale kennisgevingsperiode in kennis kan stellen van zijn besluit om een of meer van de volgende handelingen te verrichten:

a)

overstappen naar een andere aanbieder van dataverwerkingsdiensten, in welk geval de klant de nodige gegevens over die aanbieder verstrekt;

b)

overschakelen op een on-premises-ICT-infrastructuur;

c)

zijn exporteerbare data en digitale activa wissen.

4.   Wanneer de verplichte maximale overgangsperiode als bedoeld in lid 2, punt a), technisch niet haalbaar is, stelt de aanbieder van dataverwerkingsdiensten de klant daarvan in kennis binnen 14 werkdagen na het overstapverzoek, rechtvaardigt hij de technische onhaalbaarheid naar behoren en vermeldt hij een alternatieve overgangsperiode, die niet langer mag zijn dan zeven maanden. Overeenkomstig lid 1 wordt de continuïteit van de dienstverlening gewaarborgd gedurende de gehele alternatieve overgangsperiode.

5.   Onverminderd lid 4 bevat het in lid 1 bedoelde contract bedingen die de klant het recht verlenen de overgangsperiode eenmaal te verlengen met een periode die de klant voor zijn eigen doeleinden geschikter acht.

Artikel 26

Verplichting voor aanbieders van dataverwerkingsdiensten om informatie te verstrekken

Aanbieders van dataverwerkingsdiensten verstrekken de klant:

a)

informatie over beschikbare procedures om over te stappen op en gegevens over te dragen aan de dataverwerkingsdienst, met inbegrip van informatie over beschikbare overstap- en overdrachtsmethoden, formaten, restricties en technische beperkingen die bekend zijn bij de aanbieder van de dataverwerkingsdiensten;

b)

een verwijzing naar een actueel onlineregister dat wordt gehost door de aanbieder van dataverwerkingsdiensten, met gegevens over alle gegevensstructuren en dataformaten, alsook de relevante normen en open interoperabiliteitsspecificaties, waarin de in artikel 25, lid 2, punt e), bedoelde exporteerbare data beschikbaar moeten zijn.

Artikel 30

Technische aspecten van een overstap

1.   Aanbieders van dataverwerkingsdiensten die betrekking hebben op schaalbare en elastische computingmiddelen die beperkt zijn tot infrastructurele elementen zoals servers, netwerken en de virtuele middelen die nodig zijn voor de exploitatie van de infrastructuur, maar die geen toegang bieden tot de operationele diensten, software en toepassingen die worden opgeslagen, anderszins verwerkt of op die infrastructurele elementen worden ingezet, nemen overeenkomstig artikel 27 alle redelijke en haalbare maatregelen om te faciliteren dat de klant, nadat de overstap naar een dienst van hetzelfde type, functionele gelijkwaardigheid bereikt bij het gebruik van de dataverwerkingsdienst van bestemming. De oorspronkelijke aanbieder van dataverwerkingsdiensten faciliteert het overstapproces door in capaciteit, adequate informatie, documentatie, technische ondersteuning en zo nodig hulpmiddelen te voorzien.

2.   Aanbieders van andere dan de in lid 1 van dit artikel bedoelde dataverwerkingsdiensten, stellen kosteloos en in gelijke mate open interfaces beschikbaar aan al hun klanten en de betrokken aanbieders van dataverwerkingsdiensten van bestemming om het overstapproces te vergemakkelijken. Die interfaces bevatten voldoende informatie over de betrokken dienst om de ontwikkeling van software voor communicatie met de diensten mogelijk te maken met het oog op gegevensoverdraagbaarheid en interoperabiliteit.

3.   Voor andere dan de onder lid 1 van dit artikel vallende dataverwerkingsdiensten waarborgen aanbieders van dataverwerkingsdiensten compatibiliteit met gemeenschappelijke specificaties die gebaseerd zijn op open interoperabiliteitsspecificaties of geharmoniseerde interoperabiliteitsnormen, en wel uiterlijk 12 maanden na de bekendmaking van de referenties van die gemeenschappelijke specificaties of geharmoniseerde normen voor de interoperabiliteit van dataverwerkingsdiensten in het centrale register voor EU-normen voor de interoperabiliteit van dataverwerkingsdiensten, na de bekendmaking van de onderliggende uitvoeringshandelingen in het Publicatieblad van de Europese Unie overeenkomstig artikel 35, lid 8.

4.   Aanbieders van andere dan de onder lid 1 van dit artikel vallende dataverwerkingsdiensten, werken het in artikel 26, punt b), bedoelde onlineregister bij overeenkomstig hun verplichtingen uit hoofde van lid 3 van dit artikel.

5.   In het geval van een overstap tussen diensten van hetzelfde type waarvoor in het centrale register voor Unienormen voor de interoperabiliteit van dataverwerkingsdiensten geen gemeenschappelijke specificaties of geharmoniseerde normen voor interoperabiliteit als bedoeld in lid 3 van dit artikel zijn opgenomen overeenkomstig artikel 35, lid 8, exporteert de aanbieder van de dataverwerkingsdiensten op verzoek van de klant alle exporteerbare data in een gestructureerd, algemeen gebruikt en machineleesbaar formaat.

6.   Aanbieders van dataverwerkingsdiensten mogen niet worden verplicht nieuwe technologieën of diensten te ontwikkelen, digitale activa die door eigendomsrechten worden beschermd of die een bedrijfsgeheim vormen bekend te maken of over te dragen aan een klant of een andere aanbieder van dataverwerkingsdiensten, of de veiligheid en de integriteit van de dienst van de klant of aanbieder in gevaar te brengen.

Artikel 33

Essentiële eisen inzake interoperabiliteit van gegevens, van mechanismen en diensten voor het delen van gegevens alsook van gemeenschappelijke Europese dataruimten

1.   Deelnemers aan dataruimten die gegevens of datadiensten aanbieden aan andere deelnemers, voldoen aan de volgende essentiële eisen om de interoperabiliteit van gegevens, van mechanismen en diensten voor gegevensdeling alsook van gemeenschappelijke Europese dataruimten die doel- of sectorspecifieke of sectoroverschrijdende interoperabele kaders voor gemeenschappelijke normen en praktijken op het gebied van het delen van gegevens of gezamenlijke dataverwerking vormen met het oog op onder meer de ontwikkeling van nieuwe producten en diensten, wetenschappelijk onderzoek of initiatieven van het maatschappelijk middenveld:

a)

de inhoud van de dataset, gebruiksbeperkingen, licenties, gegevensverzamelingsmethoden, gegevenskwaliteit en onzekerheid worden voldoende beschreven, indien van toepassing, in een machineleesbaar formaat om de ontvanger in staat te stellen de gegevens te vinden, te raadplegen en te gebruiken;

b)

de datastructuren, dataformaten, vocabularia, classificatieschema’s, taxonomieën en codelijsten worden, indien beschikbaar, op een voor het publiek toegankelijke en consistente wijze beschreven;

c)

de technische middelen om toegang te krijgen tot de gegevens, zoals application programming interfaces, en de bijbehorende gebruiksvoorwaarden en kwaliteit van de dienstverlening worden voldoende beschreven om automatische toegang tot en overdracht van gegevens tussen partijen mogelijk te maken, ook continu, in de vorm van bulksgewijze downloads of in realtime in een machineleesbaar formaat, indien dat technisch haalbaar is en de goede werking van het verbonden product niet belemmert;

d)

indien van toepassing wordt er voorzien in de middelen om de interoperabiliteit mogelijk te maken van instrumenten voor het automatiseren van de uitvoering van gegevensdelingsovereenkomsten, zoals slimme contracten.

De eisen kunnen een generiek karakter hebben of betrekking hebben op specifieke sectoren, waarbij ten volle rekening wordt gehouden met de samenhang met eisen die voortvloeien uit ander Unie- of nationaal recht.

2.   De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 45 van deze verordening gedelegeerde handelingen vast te stellen om deze verordening aan te vullen, door de in lid 1 van dit artikel vastgelegde essentiële eisen nader te specificeren wat betreft die eisen welke door hun aard niet het beoogde effect kunnen sorteren tenzij zij nader worden gespecificeerd in bindende rechtshandelingen van de Unie, en teneinde de technologische en marktontwikkelingen naar behoren weer te geven.

De Commissie houdt bij de vaststelling van gedelegeerde handelingen rekening met het advies van het Europees Comité voor gegevensinnovatie overeenkomstig artikel 42, punt c), iii).

3.   De deelnemers aan dataruimten die gegevens of datadiensten aanbieden aan andere deelnemers aan dataruimten die voldoen aan de geharmoniseerde normen of delen daarvan, waarvan de referentie in het Publicatieblad van de Europese Unie is bekendgemaakt, worden geacht te voldoen aan de in lid 1 vastgelegde essentiële eisen, voor zover die eisen worden gedekt door deze geharmoniseerde normen of delen daarvan.

4.   De Commissie verzoekt op grond van artikel 10 van Verordening (EU) nr. 1025/2012 een of meer Europese normalisatieorganisaties geharmoniseerde normen op te stellen die voldoen aan de in lid 1 van dit artikel vastgelegde essentiële eisen.

5.   De Commissie kan door middel van uitvoeringshandelingen gemeenschappelijke specificaties vaststellen voor een of alle van de in lid 1 vastgelegde essentiële eisen, indien aan de volgende voorwaarden is voldaan:

a)

de Commissie heeft overeenkomstig artikel 10, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1025/2012 een of meer Europese normalisatieorganisaties verzocht een geharmoniseerde norm op te stellen die voldoet aan de in lid 1 van dit artikel vastgelegde eisen en:

i)

het verzoek is niet aanvaard:

ii)

de geharmoniseerde normen die naar aanleiding van dat verzoek zijn ontwikkeld, is niet binnen de overeenkomstig artikel 10, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1025/2012 vastgestelde termijn geleverd; of

iii)

de geharmoniseerde normen voldoen niet aan het verzoek, en

b)

er werd geen referentie van geharmoniseerde normen overeenkomstig Verordening (EU) nr. 1025/2012 bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie voor de desbetreffende in lid 1 van dit artikel vastgelegde essentiële eisen, en een dergelijke referentie zal naar verwachting niet binnen een redelijke termijn worden bekendgemaakt.

Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 46, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld.

6.   Alvorens een in lid 5 van dit artikel bedoelde ontwerpuitvoeringshandeling op te stellen, stelt de Commissie het in artikel 22 van Verordening (EU) nr. 1025/2012 bedoelde comité ervan in kennis dat zij van oordeel is dat aan de voorwaarden van lid 5 van dit artikel is voldaan.

7.   Bij het opstellen van de ontwerpuitvoeringshandeling zoals bedoeld in lid 5 houdt de Commissie rekening met het advies van het Europees Comité voor gegevensinnovatie en met de standpunten van andere relevante organen of deskundigengroepen en raadpleegt zij alle relevante belanghebbenden.

8.   De deelnemers aan dataruimten die gegevens of datadiensten aan andere deelnemers aan dataruimten aanbieden die voldoen aan de gemeenschappelijke specificaties zoals vastgesteld bij de in lid 5 bedoelde uitvoeringshandelingen of delen daarvan, worden geacht in overeenstemming te zijn met de essentiële in lid 1 vastgelegde eisen voor zover die eisen door de gemeenschappelijke specificaties of delen daarvan gedekt zijn.

9.   Wanneer een Europese normalisatieorganisatie een geharmoniseerde norm vaststelt en deze aan de Commissie voorstelt met het oog op de bekendmaking van de referentie ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie, beoordeelt de Commissie de geharmoniseerde norm overeenkomstig Verordening (EU) nr. 1025/2012. Wanneer de referentie van een geharmoniseerde norm in het Publicatieblad van de Europese Unie wordt bekendgemaakt, trekt de Commissie de in lid 5 van dit artikel bedoelde uitvoeringshandelingen of delen daarvan die dezelfde essentiële eisen dekken als die die zijn gedekt door die geharmoniseerde norm, in.

10.   Wanneer een lidstaat van oordeel is dat een gemeenschappelijke specificatie niet volledig aan de in lid 1 vastgelegde essentiële eisen voldoet, stelt deze lidstaat de Commissie daarvan in kennis door het indienen van een gedetailleerde toelichting. De Commissie beoordeelt die gedetailleerde toelichting en kan in voorkomend geval de uitvoeringshandeling tot vaststelling van de betrokken gemeenschappelijke specificatie wijzigen.

11.   De Commissie kan richtsnoeren vaststellen, rekening houdend met het voorstel van het Europees Comité voor gegevensinnovatie overeenkomstig artikel 30, punt h), van Verordening (EU) 2022/868 tot vaststelling van interoperabele kaders voor gemeenschappelijke normen en praktijken voor de werking van gemeenschappelijke Europese dataruimten.


whereas









keyboard_arrow_down